In juni 1995 ging ik voor het eerst mee met een broedvogeltelling in het Beekbergerwoud. Ik was meegevraagd door een bevriende vogelaar en had eerst nog een beetje tegengestribbeld. Vroeg opstaan is nou niet direct mijn hobby en dat is wel nodig als je broedvogels wilt tellen, want om 5 uur 's ochtends moesten we al in het veld zijn. Maar het werd een prachtige ochtend met als hoogtepunt het zien van prooioverdracht bij een paartje boomvalken. Dit smaakte naar meer.

Dus ben ik al vrij snel na de eerste kennismaking lid geworden van Vogelwerkgroep Oost-Veluwe. Ik neem deel aan aan diverse telprojecten die we uitvoeren voor Sovon, zoals BMP, PTT en  MUS. Daarnaast ben ik sinds 2002 voorzitter en sinds 2005 webmaster. 

De broedvogelinventarisatie in het Beekbergerwoud is onderdeel van het Broedvogel Monitoring Project (BMP) van Sovon. Onze vogelwerkgroep inventariseert hier al sinds 1993 broedvogels met alleen een gedwongen onderbreking in 2001, doordat we toen het gebied pas heel laat in het seizoen in mochten vanwege de MKZ-crisis.

In de periode van 15 december – 1 januari organiseert Sovon jaarlijks Punt Transect Tellingen (PTT). Dit zijn tellingen die bestaan uit 20 telpunten langs een route. Op ieder telpunt worden 5 minuten alle vogels geteld.

Het minst arbeidsintensieve telproject waar ik aan meedoe is het Meetnet Urbane Soorten, oftewel MUS. Dit project omvat twee tellingen rond zonsopkomst en één avondtelling in een postcodegebied.

Op 1 december 2012 ging het veldwerk van een nieuw Sovon-atlasproject van start. Tot en met de zomer van 2015 hebben vele honderden vogelaars, waaronder die van Vogelwerkgroep Oost-Veluwe, alle atlasblokken in Nederland uitgekamd op winter- en broedvogels.