Nepkapoentjes doen in eerste instantie niet echt aan lieveheersbeestjes denken. Ze hebben een ovaal tot langgerekt lichaam, fijn behaarde dekschilden en relatief lange antennen. De grootte is 2,5 tot 3,5 mm.

Op de foto staat het struweelnepkapoentje (Rhyzobius chrysomeloides). Deze soort is vrij algemeen en komt voor in naaldbomen, zoals de grove den. Doordat hij klein en onopvallend is, zul je hem met het blote oog niet zo gauw ontdekken. Ik vind hem regelmatig door middel van kloppen.

De subfamilie van de nepkapoentjes (Coccidulinae) bestaat uit vier soorten, die ik allemaal gezien heb. Hoewel de rietkapoentjes algemeen heten te zijn, heb ik pas in 2012 voor het eerst een gevlekt rietkapoentje gezien en in 2016 voor het eerst een ongevlekt rietkapoentje.